fbpx

Je hebt je nu ingeschreven om elke week een oefening te ontvangen.

De eerste oefening vindt je hieronder, maar de volgende zullen in je email verschijnen.
Ontvang je niks?

Check dan ook even je spam folder en je social en reclame folder.

Veel plezier!

Hieronder vind je de eerste oefening om kinderen te helpen veerkrachtiger in het leven te staan.
De oefeningen die ik je stuur zijn grotendeels afkomstig uit het vriendenprogramma. Om die reden zit er ook een opbouw in de oefeningen die je zal ontvangen. Grotendeels zijn ze gericht op de leeftijdsgroep 5-12 jaar, maar er zullen ook een paar oefeningen tussen zitten voor 13-17 jaar.

Ik wens je heel veel plezier ermee en feedback of vragen zijn altijd welkom: info@kinderpraktijkmimosa.nl

Warme groetjes,
Lenneke van der Aart
Kindertherapeut en trainer

Gevoelens herkennen

Het doel van deze oefening is om kinderen zich bewust te maken hoe ze hun gevoelens uitdrukken, namelijk door zowel verbale, als non-verbale gedragingen. Er wordt uitgelegd dat mensen dezelfde gevoelens op verschillende manieren kunnen laten zien.  Je kan dit introduceren door eerst het volgende te vertellen:

” Stel dat je niet zo kunnen zien hoe iemand zich voelt? Hoe zou dit dan zijn? Het leven zou dan bijvoorbeeld erg saai zijn, anderen zouden gemeen tegen ons doen en niet zien dat we ons verdrietig voelen, het zou moeilijk zijn om elkaar te begrijpen en moeilijk zijn om vrienden te worden. We willen onze gevoelens aan elkaar kunnen laten zien en daarom is het belangrijk dat we een aantal dingen herkennen die we doen als we verschillende gevoelens hebben.”

Individueel of in kleine groepen van 4/5 personen:

Vraag de kinderen om na te denken over dingen die ze doen als ze verschillende gevoelens laten merken zoals bang, boos, blij en verdrietig. Laat ze op een papier een 4 gezichten tekenen die ieder 1 van deze gevoelens uitbeeld en laat ze ernaast schrijven hoe een ander kan zien dat ze dit gevoel hebben. Het is belangrijk dat ze nadenken over wat ze zeggen en hoe ze dit zeggen, maar ook wat ze doen/hun lichaam laat zien.

Als ze dit hebben opgeschreven mogen ze een rollenspel doen. Om de beurt beeld een kind 1 van de gevoelens uit, maar mag hier niet bij praten. De andere in het groepje raden dan het gevoel.

Als je deze oefening individueel doet, dan doe je zelf ook mee en wisselen jullie elke keer om toen een ieder van jullie alle 4 de gevoelens een keer heeft uitgebeeld en geraden.

Bespreek de oefening met elkaar na. Wat heb je gezien en gemerkt? Is het bij iedereen hetzelfde of zijn er verschillen? 

Als je nog tijd over hebt zou je ook met elkaar kunnen bespreken wat je zou kunnen doen als je bij iemand ziet dat hij/zij zich bang, boos of verdrietig voelt en/of wat het kind fijn zou vinden wat een ander bij hem/haar zou kunnen doen als hij/zij zich zo voelt?